Het aantal biggen geboren per zeug blijft stijgen door de jaren. Als gevolg hiervan neemt de bigoverleving af. Biggensterfte in de kraamstal gebeurt veelal tijdens of net na het werpen. Tevens blijft het grootbrengen van deze grote tomen een probleem doordat er veelal minder functionele spenen dan biggen zijn. Uit onderzoek blijkt dat het aantal beschikbare functionele spenen per big is gecorreleerd met bigoverleving.
Als biggen toegang hebben tot minder dan 1 functionele speen, stijgt het sterfteaantal met meer dan 14 procent. Effectief geboortemanagement kan daarom een grote impact hebben op een lagere biggensterfte in de kraamstal.
Effectief geboortemanagement
Geboortemanagement helpt bij het minimaliseren van complicaties tijdens het werpen, het optimaliseren van de groei en ontwikkeling van de biggen, het waarborgen van een goede melkproductie en het bevorderen van de algehele gezondheid van de zeugen en biggen. Geboortemanagement zal dus niet alleen biggensterfte verminderen, maar ook de bigkwaliteit verhogen.
Om de zeug een handje te helpen zijn er verschillende methodes die gebruikt kunnen zijn, zoals het juist induceren van de zeugen waarbij het van belang is dat dit op het juiste moment in de dracht gebeurd. Zowel te vroeg als te laat induceren kan negatieve effecten hebben. Geboortehulp tijdens het werpen waarbij het opvoelen hygiënisch en voorzichtig dient te gebeuren om het risico op infecties en letsel uit te sluiten.
Tevens mag opvoelen geen extra stress veroorzaken voor de zeug. Stress heeft namelijk een direct negatief effect op baarmoeder contracties én eventueel oxytocine gebruik. Let er wel op dat oxytocine krachtige en langdurige baarmoedercontracties kan veroorzaken waardoor het de bloedtoevoer in de baarmoeder verstoort en er meer biggen geboren zijn met gescheurde navelstrengen, wat in verband staat met doodgeboorte.
Biest management
Pasgeboren biggen hebben minder dan twee procent lichaamsvet, een hoge energiebehoefte en zijn in een nat en relatief koude omgeving geboren. Het is dus cruciaal om snel de interne warmteproductie op gang te krijgen. Snelle en voldoende opname van biest is hierbij van belang.
Wanneer biggen biest innemen is er energie en warmte voorzien, wat bijdraagt aan het verhogen van de lichaamstemperatuur en vitaliteit. Beide zijn sterk verbonden met de overlevingskans van de biggen.
Biest (of colostrum) is de eerste afscheiding door de melkklier en bestaat uit eiwitten, vetten en koolhydraten, wat essentieel is om de energiebalans van de biggen te ondersteunen. In vergelijking met latere melk bevat biest hogere gehaltes aan ruwe eiwitten, maar lagere gehaltes aan lactose en vet. Toch levert het aanwezige vet in biest nog steeds 40-60 procentvan de totale energievoorziening voor de biggen.
Naast energie bevat biest ook veel droge stof en immunoglobulinen, zoals IgG, IgA en IgM. Deze antilichamen zijn cruciaal voor het opbouwen van het immuunsysteem van de biggen en beschermen hen tegen infecties. Biest bevat ook waardevolle voedingsstoffen zoals witte bloedcellen, selenium en vitamine E, die allemaal bijdragen aan de gezondheid en vitaliteit van de pasgeboren biggen.
Het is dus cruciaal dat biggen snel biest binnenkrijgen, met name de laatstgeboren biggen, aangezien de niveaus van antilichamen in biest snel afnemen en deze biggen veelal ook nog eens minder vitaal geboren worden.
Onderzoek naar sterftecijfer
Onderzoek toont aan dat biggen die minder dan 200 gram biest consumeren binnen 24 uur na geboorte een sterftecijfer vóór spenen van 43,4% hebben, terwijl biggen die meer dan 200 gram consumeren, een sterftecijfer onder de 10% hebben. Tevens hebben biggen die grotere hoeveelheden colostrum binnenkrijgen (minimaal 290 gram) een verbeterde groei en hogere speengewichten. Biggen die minder dan 290 gram colostrum drinken, hebben een 15% lager speengewicht.
Er zijn verschillende manieren om te zorgen dat biggen (uit grote tomen) meer dan 200 gram biest binnen kunnen krijgen zoals de toepassing van split-suckling, overleggen of het gebruik van een pleegzeug. Vraag je adviseur of specialist van Agrifirm welke methode het beste toepasbaar is op jouw bedrijf en hoe je deze methode op de beste manier toepast.
Bron: Agrifirm