De Autoriteit Diergeneesmiddelen (SDa) meldt dat het gebruik van antibiotica in de kalver-, varkens-, rundvee- en vleeskuikensector ten opzichte van 2018 met respectievelijk 11,3%, 8,2%, 4,9% en 2,2% is gedaald. De gegevens over de verkoop van antibiotica laten een daling van 16,1% ten opzichte van 2018 zien. De daling ten opzichte van het door de overheid aangewezen referentiejaar 2009 bedraagt nu 69,6%. De SDa brengt jaarlijks een rapport uit met een overzicht van de ontwikkelingen van antibioticagebruik per diersector.
Antibiotica
Het gebruik van de voor de volksgezondheid kritische antibiotica, zoals fluorochinolonen en 3e en 4e generatie cefalosporinen, blijft in de meeste sectoren onverminderd laag. Het gebruik van de polymyxines (onder andere colistine) ligt onder de norm die de EMA (Europees Geneesmiddelenbureau) hiervoor heeft opgesteld. De SDa doet desondanks een beroep op dierenartsen en dierhouders het gebruik van met name colistine terug te dringen, omdat dat gebruik wel toeneemt. De SDa is van mening dat moet worden gestreefd naar volledige afbouw van het gebruik van polymixines tot nul, net als voor alle andere kritische antibiotica.
Veehouders
Vorig jaar heeft de SDa voor diverse sectoren benchmarkwaardes voor aanvaardbaar gebruik vastgesteld. Dit jaar is voor het eerst volgens die nieuwe normen beoordeeld. Een deel van de bedrijven komt daardoor in het actiegebied terecht waar dat eerder niet het geval was. Op deze bedrijven werken dierenartsen en veehouders samen aan het verder terugdringen van het gebruik.
Diergezondheid
Zorgvuldig beleid en management hebben in de veehouderijsectoren geleid tot een forse reductie van het antibioticagebruik. De Nederlandse veehouderijsectoren kennen een hoge standaard op het gebied van diergezondheid. Daarnaast wordt er veel aandacht besteed aan preventieve maatregelen, bijvoorbeeld ter verhoging van de weerstand van de dieren. Gezonde dieren leven immers langer, kennen een hoger niveau van dierenwelzijn en hebben geen antibiotica nodig. Preventie heeft daarom altijd de voorkeur in de zorg voor diergezondheid. Daarnaast is het van belang om de infectiedruk zo laag mogelijk te houden; het is van belang dat besmetting vanuit de natuur of via mensen wordt voorkomen, en dat het diergezondheidsmanagement en bijbehorende hygiëne op de boerderij op orde is. Als dieren toch ziek worden, is snelle en goede behandeling noodzakelijk. Soms is antibiotica hierbij nodig en nuttig, maar inzet moet altijd doelmatig en afgewogen zijn
Nederlandse aanpak antibiotica
Nederland loopt binnen Europa voorop als het gaat om zorgvuldig beleid voorschrijven en gebruiken van antibiotica. Al het gebruik van antibiotica wordt centraal geregistreerd in sectorale databases. Inzicht in gebruik, preventieve maatregelen en kritische succesfactoren voor laaggebruik hebben tot een forse reductie van antibioticagebruik in de veehouderij geleid. Deze reductie is gerealiseerd op basis van vrijwilligheid en zelfregulering. LTO Nederland dringt erop aan dat de Nederlandse aanpak in Europa als standaard wordt genomen. Op die manier wordt het gelijke speelveld voor Nederlandse boeren vergroot.