De toegevoegde waarde van het intensieve veehouderijcomplex bedroeg 7,5 mld. euro in 2019 – het meest recente jaar waarvoor de cijfers beschikbaar zijn. Dit is ruim tien procent hoger dan in 2017 en 2018. De toegevoegde waarde van dit complex, in 2019 circa 0,9 procent van het bruto binnenlands product (bbp), hangt volledig samen met de verwerking van binnenlandse agrarische grondstoffen (dieren); de import van agrarische grondstoffen door de slachterijen van varkens, pluimvee en vleeskalveren is vrijwel nihil. Circa 46 procent van de toegevoegde waarde van het intensieve veehouderijcomplex kwam tot stand in de toelevering.
De verwerkende industrie en de distributiebedrijven leverden een bijdrage van respectievelijk 26 procent en 14 procent aan de toegevoegde waarde. Met een aandeel van circa 14 procent in 2019 was de bijdrage van de primaire bedrijven in het cluster beperkt, maar wel een paar procent hoger dan in 2018. In 2019 zijn de varkensprijzen enorm aangetrokken door de problemen met Afrikaanse varkenspest in China en grote vraaguitval met als gevolg een toename van de export.
Werkgelegenheid intensieve veehouderijcomplex
De totale werkgelegenheid van het intensieve veehouderijcomplex kwam in 2019 uit op ruim 95.000 arbeidsjaren. Ongeveer 18 procent van de werkgelegenheid in dit complex zit op de primaire bedrijven. Dit is bijna anderhalf keer zoveel als de bijdrage aan de toegevoegde waarde, wat duidt op een relatief lage toegevoegde waarde per arbeidskracht op de primaire bedrijven in vergelijking met de overige schakels in het complex. De toelevering neemt in het complex 45 procent van de werkgelegenheid voor rekening, de verwerkende industrie bijna 27 procent en de distributie 11 procent. Sinds 2010 is de werkgelegenheid – relatief gezien – het meest toegenomen in de verwerkende industrie binnen het complex.
Toegevoegde waarde totale agrocomplex
De toegevoegde waarde van het totale agrocomplex bedroeg in 2019 – het meest recente jaar waarvoor de cijfers beschikbaar zijn – circa 56 mld. euro. Hiermee komt het agrocomplex 2 mld. euro hoger uit dan in 2018. Omdat de nationale economie harder groeide dan het agrocomplex is de bijdrage van het totale agrocomplex aan het bruto binnenlands product (bbp) licht gedaald tot net onder de zeven procent. Een deel van de activiteiten van het totale agrocomplex hangt samen met de verwerking van geïmporteerde agrarische grondstoffen, zoals cacao, granen, soja en tabak. De toegevoegde waarde van het agrocomplex gebaseerd op buitenlandse grondstoffen is ongeveer 2,8 procent van het bbp.
Binnenlandse agrarische grondstoffen
Circa 4,1 procent (33 mld. euro) van de toegevoegde waarde hangt samen met de binnenlandse agrarische grondstoffen, zoals melk, vlees, groenten, planten etc. Toelevering van goederen en diensten, zoals veevoer en machines, en de primaire productie leverden met respectievelijk 36 procent en 33 procent de grootste bijdrage aan de toegevoegde waarde.
Binnen het agrocomplex gebaseerd op de productie en verwerking van binnenlandse agrarische grondstoffen heeft het grondgebonden veehouderijcomplex het grootste aandeel in de toegevoegde waarde (26 procent). Het aandeel in de toegevoegde waarde was rond de 22 procent voor het intensieve veehouderijcomplex en het glastuinbouwcomplex, 17 procent voor het akkerbouwcomplex, 12 procent voor het opengrondstuinbouwcomplex en ruim één procent voor het visserijcomplex.
Werkgelegenheid totale agrocomplex
De werkgelegenheid in het totale agrocomplex is gegroeid tot ruim 656.000 arbeidsjaren in 2019, wat circa 8,3 procent is van de nationale werkgelegenheid. Hiervan hangen meer dan 435.000 arbeidsjaren samen met de binnenlandse agrarische grondstoffen.
Bron: Agrimatie