Twee miljoen slachtingen per jaar en een totale opbrengst van 70.000 ton vlees. Een snelle rekensom laat zien dat de gemiddelde opbrengst uitkomt op 35 kilogram vlees per varken. Dat is de huidige situatie in Oeganda. De varkenshouderij in dit Afrikaanse land heeft zeker potentie. Maar de uitdaging is groot.
Twee miljoen slachtingen per jaar en een totale opbrengst van 70.000 ton vlees. Een snelle rekensom laat zien dat de gemiddelde opbrengst uitkomt op 35 kilogram vlees per varken. Dat is de huidige situatie in Oeganda. De varkenshouderij in dit Afrikaanse land heeft zeker potentie. Maar de uitdaging is groot.
Nog lange weg te gaan
Dit houdt eerst en vooral de bouw in van een nucleusbedrijf en een KI-station. De groep verzekerde ons dat Oeganda bij de grootste eters van varkensvlees per jaar zit, namelijk 4 kilogram per persoon per jaar. Met dit soort cijfers moet je altijd oppassen, maar in dit geval lijken ze te kloppen. Dat zou betekenen dat in totaal 160.000 ton varkensvlees per jaar nodig is. Omgerekend naar onze getallen heb je daar ongeveer 100.000 zeugen voor nodig.
Maar, en daar wringt de schoen; ten eerste is de biggenproductie per zeug nog zeer laag en ten tweede moet het slachtgewicht omhoog. Volgens Christopher Mulindwa, als veearts actief in slachthuizen, varieert het slachtgewicht tussen 40 en 80 kilogram op de kleinere bedrijfjes. Officiële cijfers spreken van 2 miljoen slachtingen op jaarbasis, goed voor slechts 70.000 ton vlees, omgerekend 35 kilogram per varken. Bovendien blijken de lokale slachtingen om veel zeugen en slechte of zelfs zieke biggen te gaan.
Het betere aangeboden vlees op de Oegandese markt wordt ook ingevoerd. Dus, wanneer voeding en genetica verbeteren zullen er ook slachthuizen en vleesverwerkers moeten komen. Eigenlijk is er volgens de meeste producenten maar één varkensslachthuis die naam waardig: Wambizi Co-Op Society Ltd Abattoir, vlakbij de hoofdstad Kampala. Het lage slachtgewicht is het gevolg van de lage groei door een tekort aan goede eiwitbronnen.
In Oeganda zijn er enkele bedrijven die restafval van de visserij in en rond het Victoriameer gebruiken als bron van eiwitten in het voer. Maar op veel traditionele bedrijfjes is deze bron er niet en worden er af en toe kernen bijgekocht. De vleesaanzet en groei is dan ook veel trager. Het vlees is relatief duur waardoor elke lokale boer geneigd is om de varkens zo snel mogelijk te verkopen. Het slachtgewicht optrekken door genetica en voeding te verbeteren is dan ook een eenvoudige oplossing, althans op papier.
Afrikaanse varkenspest
Een ander groot probleem is de continue bedreiging die uitgaat van de Afrikaanse varkenspest. Iedereen erkent het gevaar, maar ook hier is er een mentaliteitswijziging nodig om mensen te wijzen op de desastreuze gevolgen. De ziekte wordt verspreid door slachtafval dat wordt bijgevoederd; door bezoekers die van bedrijf a naar bedrijf b gaan; door onrein vervoer van biggen, zeugen, slachtvarkens en door de vele contacten tussen alle bedrijven. Daarom komt het eropaan om alle varkensboeren te wijzen op het belang om hun bedrijf afgesloten te houden van de buitenwereld. Ook dit lijkt eenvoudig, maar Oegandezen zijn trots en willen hun bedrijf graag laten zien.
Anderzijds is er tussen de verschillende producenten ook argwaan. Prime Pork, onze importeur en verdeler van sperma en levende dieren, heeft heel wat moeite om mensen te laten aansluiten bij een levering; meer om de producenten gerust te stellen dat de prijs die ze betalen een correcte prijs is, dan om de verkoop zelf. “Iedereen contacteert ons met de vraag of zij geen distributeur kunnen worden en de dieren verkopen aan anderen”, luidt hun verklaring.
Microkredieten
De ontwikkeling van de kleinschalige varkenshouderij wordt mede mogelijk gemaakt door het verstrekken van microkredieten aan een ondernemer. De geleende bedragen zijn vrij klein (maximaal een paar duizend euro) en ze worden verstrekt door een eigen banksysteem. Dat is ontwikkeld om startende ondernemers een klein beginkapitaal te geven zonder onderpand. Maar er is wel een sociale controle.
Tekst: Geert Rombouts – Choice Genetics