Verbetering van de bigoverleving is een actueel item. Biggensterfte heeft impact op economische resultaten, dierwelzijn en werkplezier. Maar hoe verbeter je de bigoverleving? “Daarvoor is het allereerst belangrijk om in beeld te hebben waar het mis gaat. De Vitale Big Box gaat daarbij helpen”, vertelt varkensdierenarts Jobke van Hout van Royal GD.
De Vitale Big Box wordt op dit moment binnen de Publiek Private Samenwerking ‘Vitale Varkenshouderij’ ontwikkeld door Royal GD en dus in nauwe samenwerking met de Coalitie Vitalisering Varkenshouderij. Het instrument wordt getest bij acht zeugenhouders. “Nu nog op papier omdat we in de ontwikkelfase zitten, maar later digitaal”, vertelt Van Hout. De Vitale Big Box gaat zeugenhouders helpen om de belangrijkste aandachtspunten voor verbetering van bigoverleving op het bedrijf in beeld te brengen. “We weten veel over verbetering van bigvitaliteit. Maar wat is nou het belangrijkste aandachtspunt op het bedrijf? Waar ligt de prioriteit, waar kun je het beste beginnen? Dat verschilt van bedrijf tot bedrijf.”
Gerichte vragen uit de Vitale Big Box geven de varkenshouder richting in de verbetering van de bigvitaliteit. Blijkt bijvoorbeeld het biestmanagement een probleem te zijn, dan krijgt de varkenshouder een hulplijst met aandachtspunten die van invloed zijn op het biestmanagement. “Is de watergift voor de zeug in orde? Kan de big goed bij het uier komen? Zo krijg je een rood en een groen lijstje, waar je concreet mee aan de slag kunt”, vertelt de varkensdierenarts. Zij geeft aan dat een te hoge uitval tijdens de geboorte , in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, meestal niet het gevolg is van ziekteverwekkers. “Ziekteverwekkers spelen vaak pas na de geboorte een rol”.
Gereedschapskist
Knelpunten signaleren is één, ze oplossen is twee. De Vitale Big Box bevat daarom handvatten om zaken te verbeteren of te optimaliseren. Bijvoorbeeld tips om er achter te komen of biggen voldoende biest opgenomen hebben. Of om beter in beeld te krijgen wanneer biggen sterven. Naast de ontwikkeling van de Vitale Big Box, heeft GD zelf ook producten in de markt die handvatten kunnen bieden. “Om inzicht te krijgen in wanneer biggen tijdens de dracht of de geboorte sterven kunnen varkenshouders gebruik maken van BIGinzicht. Dit betekent dat ze doodgeboren naar GD insturen. In onze sectiezaal worden deze biggen dan heel nauwkeurig onderzocht. Zo wordt bepaald wanneer de biggen precies zijn gestorven, voor of tijdens de geboorte. En of ze voldoende ontwikkeld waren. Dit kan belangrijke informatie opleveren. Soms hebben zeugenhouders te maken met veel doodgeboren biggen, terwijl ze er volgens eigen zeggen tijdens het geboorteproces ‘bovenop zitten’. Maar dan blijkt dat de biggen niet sterven bij de geboorte, maar al enkele dagen daarvoor. Dat betekent dat je naar andere zaken moet kijken. Bijvoorbeeld naar de overgang van de drachtige zeugen naar kraamstal.”
Biestmanagement
Een andere succesfactor bij bigoverleving is het biestmanagement. Hierbij kan volgens Van Hout de QuickScan Biestmanagement van GD veel informatie geven. Met deze QuickScan, een combinatie van de Biestopnamecheck en de Biestscan, worden zowel de biest van de zeug als het bloed van de big onderzocht. “Zo krijg je in beeld of de biest van voldoende kwaliteit is én of de big er voldoende van heeft opgenomen”, vertelt Van Hout. “Vind je niet voldoende antistoffen terug in het bloed van de big, dan is er te weinig biest opgenomen of de biest was van onvoldoende kwaliteit. Dan moet je kijken waar dat aan kan liggen. Omdat ook de biest van de zeug onderzocht wordt, kom je te weten of de biest voldoende antistoffen bevat. Als dat goed is, is de vraag of de biggen te slap of niet fit zijn. En of er genoeg spenen zijn? Stap voor stap kom je zo tot verbetering”, besluit Van Hout.
Tekst: Gerben Hofman
Beeld: Ruben Lijzenga