De stikstofbemesting uit dierlijke mest op bedrijven in het derogatiemeetnet varieerde in de periode 2006-2016 van 230 tot 240 kg/ha. In 2017 werd 245 kg stikstof uit dierlijke mest per hectare gebruikt. Het stikstofkunstmestverbruik is beperkt toegenomen en bedroeg 135 kg/ha in 2017.
Stikstofbemesting
In de periode 2006 tot en met 2016 varieerde de stikstofbemesting uit dierlijke mest op bedrijven in het derogatiemeetnet van 230 tot 240 kg/ha en nam in 2017 toe tot 245 kg/ha. De totale stikstofbemesting per hectare bestond in 2017 gemiddeld voor ruim 64% uit dierlijke mest en ruim 35% uit kunstmest. Deze verhouding verschilde nauwelijks tussen jaren. Wel waren er verschillen tussen de regio’s. In de Kleiregio lag het aandeel uit dierlijke mest iets lager met 60 tot 62% in vrijwel alle jaren. Dit had onder andere te maken met het hogere totale bemestingsniveau in de Kleiregio (2017: 420 kg stikstof per hectare ten opzichte van 381 kg bij alle bedrijven in derogatiemeetnet), terwijl de gift met dierlijke mest gelimiteerd was door de gebruiksnorm dierlijke mest. De extra stikstofbemesting kon dan alleen vanuit kunstmest worden toegediend. Voor alle regio’s geldt dat er nauwelijks stikstofbemesting uit overige organische meststoffen plaatsvond. De totale stikstofbemesting lag in 2017 het laagst in de Zandregio 250 met 364 kg/ha, terwijl het niveau in de Zandregio 230 (373 kg/ha), Lössregio (374 kg/ha) en Veenregio (375 kg/ha) vrijwel gelijk was.
Stikstofgebruiksruimte
Het totale gebruik van werkzame stikstof op bedrijven in het derogatiemeetnet lag in 2017 onder de stikstofgebruiksnorm. Het verschil tussen het stikstofgebruik en de stikstofgebruiksnorm nam vooral in de jaren 2006 tot en met 2009 sterk af. Was het verschil tussen het gebruik en de stikstofgebruiksnorm voor werkzame stikstof in 2006 ruim 68 kg per hectare, in 2017 was dat verschil afgenomen tot 16 kg per hectare. De afname van het verschil komt enerzijds door een daling van de stikstofgebruiksruimte in de periode 2006-2013 van 291 naar 258 kg/ha. Dit is het gevolg van hogere wettelijke werkingscoëfficiënten voor mest op melkveebedrijven met beweiding en deels door aanscherping van de stikstofgebruiksnormen in de tijd. Na 2013 is de stikstofgebruiksruimte weer toegenomen tot rond de 270 kg/ha. Een reden hiervoor is een hoger aandeel grasland vanaf 2014 als gevolg van een aanpassing van de derogatievoorwaarden (van minimaal 70 naar minimaal 80% gras in het bouwplan). Grasland heeft een hogere stikstofgebruiksnorm dan andere gewassen. Anderzijds is het kleiner wordende verschil tussen de stikstofgebruiksruimte en het stikstofgebruik het gevolg van een toename van het totale gebruik van werkzame stikstof in de periode 2006-2017.