De biologische varkenshouderij streeft naar het probleemloos houden van ingreepvrije vleesvarkens. Dit jaar is een experiment gestart waarbij het verminderen van welzijnsproblemen door ongewenst gedrag bij beren en het voorkomen van berengeur met kruiden op een praktijkbedrijf wordt onderzocht.
Niet gecastreerde mannelijke vleesvarkens vertonen ongewenst sexueel en agressief gedrag, wat leidt tot welzijnsvermindering. Bovendien bestaat er risico op berengeur in het karkas. Bij biologische varkens is dat risico mogelijk groter.
Praktijkproef met beerbiggen
In een praktijkproef met beerbiggen krijgt de helft van de biggen in het laatste deel van de vleesvarkensfase een kruidenmengsel bij het voer om afwijkende geur aan het karkas en ongewenst gedrag te verminderen. De andere helft krijgt standaard vleesvarkensvoer zonder toevoeging. Alle beerbiggen hebben een laag berengeur verervende Nador-beer als vader. Het effect op de geur wordt via de human nose score (HNS) aan de slachtlijn gemeten. Gedragswaarnemingen worden in de laatste drie maanden voor het slachten uitgevoerd. Voorjaar 2016 worden de resultaten verwacht.
Houden van ingreepvrije varkens
De biologische sector werkt al langer aan het houden van ingreepvrije vleesvarkens. Dat betekent nu al dat de varkens een krulstaart hebben waarin niet gebeten wordt. Door onderzoek op eigen bedrijven, door samenwerking met de gangbare varkenshouderij en internationale uitwisseling wil de biologische varkenshouderij problemen met non castratie aanpakken.
Projectinformatie
De betrokken partijen zijn CAH Vilentum, Vereniging van Biologische Varkenshouders (VBV), De Groene Weg (DGW) en Wageningen UR Livestock Research. Het project wordt gefinancierd door het ministerie van EZ, Centre of Expertise Dier en de provincie Overijssel en bijdragen van VBV en DGW.
Bron: Biokennis