De globalisering in de varkensvleesketen zet verder door. De meest waardevolle delen van het dier worden nog steeds vooral in Nederland afgezet, en in onze belangrijkste exportlanden: Duitsland, GrootBrittannië, België en Italië.
De minder waardevolle delen worden in steeds meer landen verkocht, vaak ook buiten de EU, waardoor de (vierkants)verwaarding verbetert. Geopolitieke invloeden en wisselkoerseffecten zijn hierdoor in toenemende mate belangrijk voor de afzet.
De marge in de varkenshouderij staat al jaren onder druk. Dit heeft verschillende oorzaken; deels liggen deze in de varkensketen zelf, deels ook daarbuiten. Zo zijn recent de mestafzetkosten gestegen door de groei van de melkveestapel en de aanscherping van de mestaanwendingsnormen in de akkerbouw. En in Nederland moeten varkensbedrijven de kosten voor keuringen en ammoniakemissiebeperking zelf dragen. Dit zorgt voor een kostprijsverhoging, die varkenshouders niet terugzien in de opbrengstprijzen.
In de varkensvleesketens zijn vijf trends zichtbaar:
- Een tweedeling in de behoeften van consumenten. Waar de ene groep hecht aan goedkoop vlees, heeft de andere meer oog voor de waarde ervan.
- De varkensvleesconsumptie in Noordwest-Europa − inclusief Nederland − neemt af.
- Vleesconcepten en vraaggestuurde ketens ontwikkelen zich verder.
- Internationalisering en een toename van food-chauvinisme. Consumenten ontwikkelen een voorkeur voor producten uit eigen land of regio, waardoor importproducten voor een lagere prijs aangeboden moeten worden.
- Een verhoogde kostprijs van varkensvlees in Nederland, als gevolg van:
- gestegen mestafzetkosten;
- keuringskosten die voor rekening van de sector zelf komen (alleen in Nederland);
- verplichte investeringen in luchtwassers (alleen in Nederland).
Twee verdienmodellen
Deze trends dwingen ondernemers in de hele varkensvleesketen om keuzes te maken in hun verdienmodel. Grofweg zijn er twee ketenmodellen:
- Vraaggestuurde ketens met vleesconcepten die inmiddels ongeveer de helft van de binnenlandse varkensvleesafzet verzorgen. Kostprijsstijgingen komen deels terug in de opbrengstprijs.
- Reguliere ketens die zich steeds meer op buitenlandse afzet richten.
Knelpunten
Kostprijsstijgingen moeten hier gecompenseerd worden door efficiencyverbetering. Beide modellen hebben te maken met dezelfde knelpunten, zoals:
- stijgende mestafzetkosten;
- een toenemend belang van diergezondheid;
- ruimtelijke ordening die steeds minder ruimte laat.
De consument is spekkoper. Hoewel varkensvlees iets duurder wordt, is de keuze nog nooit zo groot geweest. De keuzemogelijkheden onderscheiden zich op gebruiksgemak, smaak en, sinds kort, herkomst van het vlees
Bron: ABN AMRO – Rapport 'Verder met Varkens'